Ga naar de inhoud

ADD/ADHD

Wat is ADD/ADHD?
ADD is een meestal aangeboren en erfelijke afwijking van kleine onderdelen van de hersenen. Dit kan ervoor zorgen dat u zich moeilijk kunt concentreren, snel afgeleid bent, aandachtsproblemen heeft of dromerig lijkt.
 
Wat betekent het voor uw leven? Volwassenen met ADD benoemen problemen op veel gebieden. Voorbeelden hiervan zijn:
 
Aandachtsproblemen
  • Snel afgeleid zijn
  • Moeite hebben met het afmaken van dingen
  • Overgaan van de ene op de andere activiteit
  • Geen overzicht hebben over hoofd- en bijzaken
  • Slecht kunnen plannen, organiseren en kiezen
  • Slechts kort kunnen lezen
  • Alleen concentratie op kunnen brengen als het onderwerp erg interessant is
  • Moeite met luisteren, met het tot zich door laten dringen van informatie
  • Moeite met het invullen van formulieren, instructies begrijpen en onthouden
  • Vergeetachtig zijn
  • Vaak dingen kwijt zijn
  • Chaotisch zijn
 
Van hyperactiviteit of impulsiviteit is geen sprake of het is slechts beperkt aanwezig.
ADD mag dan een subtype van ADHD worden genoemd, wij horen vaak dat mensen met ADD zich over het algemeen geen ADHD’ers voelen. Ze zijn rustig, bedachtzaam, vaak wat besluiteloos, verlegen, dromerig en komen soms moeilijk tot actie.
 
De volgende kenmerken horen dus wel bij ADHD, maar zien we bij ADD veel minder:
 
Hyperactiviteit
  • Moeite met stilzitten
  • Steeds moeten lopen
  • Een gevoel van innerlijke rusteloosheid
  • Friemelen
  • Slecht kunnen ontspannen
  • Fanatiek sporten
 
Impulsiviteit
  • Woedeuitbarstingen
  • Impulsaankopen
  • Zeggen wat je denkt
  • Ongeduldig zijn
  • Gokken
  • Vreetbuien
 
Disfunctioneren
Dat het leven minder succesvol verloopt dan u zou hopen of verwachten wanneer er geleden wordt onder veel van bovenstaande klachten is logisch. Toch wordt ADD als onderliggende oorzaak vaak niet herkend. Een reeks “mistgordijnen” ligt op de loer. Opvattingen over karakterzwakte, stress en psychologische verklaringen vertroebelen het beeld. Zo krijgt u als iemand met ADD waarschijnlijk vaak te horen:

“Je kunt je wel concentreren als je het maar interessant vindt”
“Als het echt moet lukt het je wel”
“Het lijkt net of je er niet helemaal bij bent”
“Als je niet zoveel zou drinken zou je beter functioneren”
“Als je nou een week of wat vrij had zou je jouw zaken wel op orde krijgen”

Volwassenen met ADD blijken vaak op een lager niveau te functioneren dan men zou verwachten. Men heeft bijvoorbeeld een schoolcarrière die niet strookt met de CITO toets. Heel kenmerkend is een neerwaartse spiraal. Er wordt begonnen op een opleiding, na één of twee keer blijven zitten wordt er uitgeweken naar een lager schooltype, als het leren echt niet gaat wordt de school verlaten zonder diploma. Ook typerend is dat de middelbare school nog redelijk wordt doorlopen. Een gezin met regels en controle, een middelbare school met controle op aanwezigheid en studieondersteuning, dat alles helpt. Als er vervolgens naar HBO of Universiteit wordt gegaan en op kamers, valt de structuur en controle weg. Chaos in denken en handelen zonder externe compensatie zorgt dan vaak voor uitval. De eigen kamer is een zootje, de studiepunten worden niet gehaald, enzovoorts.
 
Op het werk ontstaan vaak problemen. Carrière maken betekent in bijna iedere organisatie dat er meer leidinggevende taken bijkomen. Langetermijndoelen moeten worden gesteld en gehaald. Een uitstekende verkoper is nog geen goede planner. Concentratieproblemen zijn bepaald niet ondersteunend bij het werken aan lange termijn doelen.

Relaties komen onder druk te staan wanneer men veel vergeet, chaotisch en dromerig is. Een veel gehoorde klacht van partners is: “Het lijkt wel of ik er nog een kind bij heb”. Het uitbesteden van alle taken die planning en organisatie vereisen, put de partner uit. Vergeetachtigheid en onoplettendheid worden vaak beleefd als niet attent zijn of erger nog als onbetrouwbaarheid.
 
Er wordt veel meer dan gemiddeld middelen gebruikt om zich te kalmeren of beter te kunnen concentreren. Alcohol helpt tijdelijk de innerlijke onrust te bestrijden. Bij langdurig en overmatig gebruik wordt men juist onrustiger, gaat de kwaliteit van de slaap achteruit en liggen somberheid en verslavingsproblemen op de loer. Roken, coke, speed, cafeïne kortom alle stimulerende middelen helpen in eerste instantie ook om de hersens beter bij elkaar te houden. THC bestrijdt aanvankelijk de innerlijke onrust en de slaapproblemen maar maakt nog chaotischer en vergeetachtiger.

Problemen met het huishouden verdienen een aparte plaats in deze uitleg over disfunctioneren. Op het werk is er veelal nog een helpende structuur. De agenda moet gewoon gevolgd, de aanwezigheid is bepaald op vaste tijden, als men zelf geen overzicht heeft is er de baas, in een hogere functie misschien zelfs een eigen secretaresse. Zelf het huishouden doen betekent zelf plannen, regelen en uitvoeren. De eigen tijd moet worden ingedeeld en er moet worden afgestemd op gezinsleden. Nu juist deze “vrijheid” doet een appèl op vaardigheden waar volwassenen met ADD over het algemeen zwak in zijn. Oververmoeidheid en overspannenheid liggen als het ware op de loer.

Veel volwassenen met ADD zijn in de loop van hun leven beschadigd geraakt door de vele mislukkingen. Dat dit slecht is voor het zelfvertrouwen spreekt voor zich. Ergens maar niet meer aan beginnen omdat het al zo vaak niet lukte iets af te maken, wordt veel gezien. Een zekere overgevoeligheid voor kritiek ontstaat ook gemakkelijk.
 
Volwassenen met ADD?
Bij volwassenen wordt ADD in Nederland nog niet zo lang herkend. Het is zelfs lange tijd zo geweest dat ADD per definitie een kinderziekte was. Men heeft ook lang gedacht dat je er wel overheen groeide. In de DSM-IV is de term ADD verdwenen. Als een van de types van ADHD is de term veranderd in: ADHD, overwegend onoplettendheid type.
 
Is ADD of ADHD een modeverschijnsel?
ADD en ADHD zijn een relatief nieuwe verklaring van reeds lang bestaande problemen binnen en buiten de psychiatrie. Over gedragsproblemen in de jeugd die ook in de volwassenheid blijven bestaan werd in 1934 door Kahn en Cohen al gepubliceerd. In 1937 werd door Bradley aangetoond dat dexamfetamine, een middel dat wij tegenwoordig nog steeds voorschrijven bij ADD en ADHD, onrustige kinderen rustiger maakte. Toen heette dat nog kinderen met organic driveness. Ook in Nederland is onderzoek naar en zijn beschrijvingen van ADHD-achtige beelden al heel oud. Zo schrijft Timo Bolt in het boek “Van zenuwachtig tot hyperactief” over ongedurigheid en nervositas. Rond 1900 doken er overal in de medische literatuur ziektebeelden op die sterk overeenkomen met de huidige ADHD. Vanaf 1960 kwam het begrip MDB (Minimal Brain Damage) in zwang. Ook in de literatuur ligt het focus dus veelal op de hyperactieve en impulsieve gedragingen en worden de dromerige, zoete kinderen minder als problematisch gezien of helemaal niet (h)erkend.

Terug naar de inhoud